Expert aan het woord: Remco Pikaar; projectleider bij TAUW

13 december 2021

Deel dit artikel

Aan het woord.

Interview met Remco Pikaar; projectleider bij TAUW.

Als tiener deed Remco al bodemonderzoek als bijbaantje en raakte hij geïnteresseerd in milieu en duurzaamheid. Nu, 32 jaar later, werkt hij als projectleider bij TAUW aan verschillende projecten rondom de aanpak van plastics in onze rivieren.

Vertel eens, hoe ben je bij TAUW terechtgekomen?

‘Als achttienjarige kwam ik via een kennis van mijn vader bij een ingenieursbureau terecht om als vakantiebaan bodemonderzoek te doen. Op dat moment kon je zonder certificaat de bodem onderzoeken en ook saneren. Doordat ik het zo naar mijn zin had bij mijn vakantiebaan en het een nieuw vakgebied was, met toekomst, besloot ik een studie te gaan volgen in dit vakgebied. Mijn hele werkzame leven ben ik mij in het milieudossier blijven verdiepen en ontwikkelen, bij twee eerdere adviesbureaus en nu bij TAUW, waar ik inmiddels alweer 19 jaar werkzaam ben.’

Waar houdt TAUW zich mee bezig?

‘TAUW is echt een milieu-adviesbureau. Ook hier ben ik begonnen bij de afdeling bodem, maar al snel ben ik integrale projecten gaan doen in vooral de havens en stad. TAUW richt zich naast bodem ook op andere milieucompartimenten zoals lucht en water. Vanwege die brede dienstverlening zijn wij bijna in de gehele supply chain van de plasticindustrie werkzaam. Zo werken we met de fabrieken die de basis van plastic producten maken (plastic korrels ook wel ‘granulaat’ of ‘nurdles’ genoemd), degenen die plastic producten maken van het granulaat, de logistiek, de verpakkingsindustrie, recyclingfabrieken maar ook de overheden die mede aan de lat staan om het plastic in het milieu-probleem inzichtelijk te maken en op te lossen. Samen met een behoorlijke aantal collega’s hebben we een paar jaar geleden de handschoen opgepakt om op zoek te gaan naar synergie binnen onze dienstverlening op het plastic dossier maar om ook klaar te staan voor wat er nog gaat komen.

Bij welke projecten van TAUW ben jij betrokken?

Een aantal jaar geleden ben ik projectleider geworden van het Shoreliner-project. De Shoreliner is een drijvend vangsysteem dat drijvend zwerfafval en plastics uit het oppervlaktewater van rivieren haalt. Deze TAUW-innovatie is ontwikkeld door mijn collega Paul Stook, die helaas veel te vroeg is overleden. Paul was een ontzettend gedreven projectmanager die zich volledig inzette om dit innovatieve vangsysteem verder aan de man te brengen. Dit heeft hij helaas niet kunnen voortzetten maar hij heeft mij nog gevraagd dit project over te nemen. Dit geeft mij een extra drive om hier echt iets van te maken voor hem en ook om de wereld een stukje schoner te maken. Met de Shoreliner hebben wij in opdracht van o.a. de Port of Rotterdam 3 jaar lang het drijvend afval in de Rotterdamse haven afgevangen, waarna we het afval hebben gesorteerd en data hebben verzameld. Al deze bevindingen hebben wij gedeeld met de ook al heel wat jaartjes geleden opgerichte “Community of Plastic Practice (CoPP)”. Alle organisaties die deelnemen aan deze Community vertegenwoordigen partijen die zich bezighouden met het monitoren, afvangen en verwerken van plastic in het watersysteem van de Rijn-Maas delta en hebben ook een overeenkomst ondertekend.

Welke bevindingen kwamen jullie tegen?

‘Een van de bevindingen die wij tegenkwamen was bijvoorbeeld dat wij veel granulaat (nurdles) tegenkwamen tijdens het uitsorteren van het plastic uit de Rotterdamse haven. We wisten in eerste instantie niet wat dit voor een korreltjes waren, maar kwamen er al snel achter dat het om plastic ging. Dit granulaat wordt ergens in de keten gemorst. Deze bevindingen zijn gedeeld in de CoPP en vanuit de Plastic Soup Foundation is een zeer sterk journalistiek onderzoek gedaan. Zij kwamen erachter dat er meerdere nurdle-hotpots waren aan de oevers van verschillende Nederlandse en Belgische rivieren. Zo hebben ze een van de veroorzakers kunnen traceren en aansprakelijk kunnen stellen. Dit bedrijf heeft zich daarna gecommitteerd aan “Taskforce Clean Sweep Rotterdam”, onderdeel van het programma “Operation Clean Sweep”. Dit zijn verschillende bedrijven die zich hard willen maken voor de vermindering van gemorste granulaten in het milieu. Het is mooi om te zien dat je als adviseur van TAUW een klein aandeel kan hebben om iets groots in beweging te krijgen.

Kan je nog meer voorbeelden geven van hoe zo’n kleine stap een grote beweging kan veroorzaken?

‘Zeker. De Koornwaard, een natuurgebied langs de Maas, is een plas die verbonden is met de Maas en ooit is ontstaan door zandwinning. Hierdoor is een diepe put ontstaan, die ecologisch gezien niet goed is voor de natuur. Daarom is deze put afgelopen jaren verondiept. Vanuit heel Nederland maar ook Antwerpen is hiervoor grond en bagger naar deze put gebracht en gelost. Grond met alle nodige papieren erbij conform o.a. het Besluit Bodemkwaliteit (regels inzake de kwaliteit en toepassing van de bodem). Die papieren waren allemaal in orde maar na een flinke storm ontstond er in deze plas een enorme hoeveelheid plastic soep. Vanuit een opdracht voor haalbaarheidsonderzoek naar een Shoreliner ontdekten we dat deze plastics niet alleen uit de Maas kwamen, maar ook vanuit de grond van de verondieping. Normaal gesproken mag het hergebruiksmateriaal zo’n 20% (gewichtspercentage) bodemvreemde materialen bevatten. 20% gewicht aan plastic zou dus gewoon legitiem zijn, maar dan heb je wel een gigantisch plasticprobleem in een natuurgebied. Toen hebben wij een paar kritische vragen gesteld via Bodem+ en bleek hier helemaal geen plastic in te mogen zitten. Uiteindelijk is het Besluit Bodemkwaliteit hierop aangepast en mag de hergebruiksgrond ‘sporadisch’ plastics bevatten. We hebben dit niet alleen gedaan maar hebben hier wel weer een aandeel in gehad.

Je gaf aan dat TAUW ook voor de recyclingindustrie werkt, wat doen jullie hiervoor?

‘Voor de recyclingindustrie hebben wij bijvoorbeeld een modulair zuiveringssysteem ontwikkeld. De plastic recycling industrie gebruikt namelijk veel water tijdens het recyclingproces. Dit water wordt uiteindelijk geloosd in oppervlaktewater, zoals sloten, meren en rivieren. Ook hier zijn weer geen duidelijke regels voor wat betreft de hoeveelheid toegestane microplastics in het water. Er staat wel in dat er maar een bepaalde hoeveelheid onopgeloste bestanddelen in mogen zitten, maar als dit allemaal microplastics zijn is dit ontzettend vervuilend. Daar hebben wij een modulair zuiversysteem voor ontwikkeld, een aanvulling op het eigen zuiveringssysteem van recyclefabrieken. Hierdoor moet het water een extra zuiveringsstap doorlopen en worden er o.a. meer microplastics uit verwijderd.’

TAUW werkt ook samen met Schone Rivieren, waarom is dit belangrijk voor jullie?

‘Bij TAUW vinden we het erg belangrijk om verantwoord te ondernemen. Alle medewerkers bij TAUW zijn ook aandeelhouder van TAUW. De opbrengst van de verkoop van TAUW certificaten gaat naar de TAUW Foundation. Een stichting waaruit projecten kunnen worden gefinancierd die er maatschappelijk toe doen waaronder ook de Shoreliner waarin Schone Rivieren participeert. Net als TAUW werkt Schone Rivieren aan het zwerfvuilprobleem, een logische keuze dus om een partnership aan te gaan. Er zijn ook een hoop TAUW’ers die als vrijwilliger meedoen aan opruimacties van Schone Rivieren. In Haringvliet is er het Schoon Haringvliet initiatief. Mede door Schoon Haringvliet is er vanuit de data van hun opruimacties een ‘hotspot’ kaart gegenereerd die weer is gebruikt om de beste plek voor een Shoreliner te bepalen. ’

Wat hoop je voor de toekomst?

‘Wij hopen dat we de komende jaren veel metingen kunnen doen met de Shoreliner en dat we zo steeds dichterbij de bron komen, kunnen achterhalen wie de veroorzakers zijn van plasticafval en we ook audits kunnen doen bij de plastic industrie. Het resultaat van de daadwerkelijk maatregelen die er getroffen worden bij de bron zou je dan moeten kunnen terugzien in onze vangsystemen en uiteindelijk worden de vangsystemen dan overbodig .’

Heb je nog tips voor onze achterban?

‘Schone Rivieren is met haar onderzoek natuurlijk ook druk bezig met het achterhalen van de bron. De OSPAR-methodiek is daarop gericht. Maar, als we willen dat de overheid beleid gaat vormen rondom plastics in het oppervlaktewater is het belangrijk om de hoeveelheid plastic in het water ook in massa uit te kunnen drukken. Er wordt nu veel tijd gestopt in het sorteren van plastics in aantallen en soort, maar ik denk dat het erg belangrijk is om het plastic ten alle tijden ook te wegen.’

Kom ook in actie voor Schone Rivieren

Doe mee

Gerelateerd nieuws